In de folders van het DierenPark stond in de jaren vijftig altijd de kreet ‘dierentuin met grote speeltuin’. Op deze manier wilden wij aangeven dat er iets extra’s was voor kinderen.
Daar kwam nog bij dat je in die tijd ook op een ezeltje kon rijden. De oudere Amersfoorters herinneren misschien de ponywagen nog: een klein karretje met Donald, een zeer dominant shetlandertje, ervoor. Het park is altijd een feest voor kinderen geweest. Nog voor mijn intrede in Amersfoort speelde Astrid Vis met een accordeon op de bok, wat de feestvreugde tijdens de rit uiteraard verhoogde.
Vanaf het moment dat het treintje ‘de Berenboemel’ verscheen, was deze attractie enorm populair. Nu vele jaren later is het nog steeds een succesnummer. Er maken al drie generaties gebruik van. Wie er vroeger als kind in heeft gezeten, reist nu als opa of oma mee.
Intussen is er veel veranderd qua kindvriendelijkheid. De basis is hetzelfde, maar de uitvoering is totaal anders. Vanuit de kinderwagen of buggy kunnen de jongste bezoekers de dieren bekijken zonder dat vader of moeder de kinderen hoeven op te tillen. Dit was al een filosofie, maar tegenwoordig gaat het veel verder. Wij gaan nu uit van het standpunt dat de ouders met de kinderen mee mogen naar het park. In alle verblijven die de laatste jaren gebouwd of opgeknapt zijn, is een spannend klimelement te vinden. Klauteren, kruipen, gluren en glijden… Kinderen ontdekken de dieren nu op een heel andere manier en dat geeft ouders de tijd om de dieren ook goed te kunnen bekijken.
Wanneer ouders of grootouders enthousiast met de kinderen mee de Klim Alles-route willen volgen, komt het nogal eens voor dat zij voor een verassing komen te staan. Het einde van een klimpartij eindigt vaak in een glijbaan. Jonge vaders vinden dit geen probleem, maar opa of oma hebben er soms moeite mee. Dat is begrijpelijk, maar dat kan gebeuren in een park dat al sinds de opening in 1948 op kinderen gericht is.